©2008, 2009 Alle rechten voorbehouden

Stadswandelingen & Geschiedenis

InZicht

Home.
Downloaden.
Steden.
Microtoerisme.
Over mij.
Links.
Sitemap.
Contact.
g r a t i s   downloaden.
N.H. Kerk.

Stadhuis.

Daendelshuis.

Bakkerijmuseum.

Dijkpoort.

De Fortuin.

Stadspompen.

Franse school.

Pand der Liefde.

Het Hoge Huis.

hattem

Home > Steden > Hattem

Een wandeling door de geschiedenis van de stad Hattem.

 

Het ontstaan van Hattem.

Al in 891 wordt “Hatheim” vermeld in archieven.

Hatheim kreeg in 1299 stadsrechten.

Rond 1400 verbouwden de hertogen van Gelre hun “huis te Hattem” tot een klein kasteel met dikke muren en torens.

 

De Hattemse boeren kregen aan het begin van de 15de eeuw van hertog Willem van Gelre het privilege hun vee op de Hoenwaard te laten grazen.

Op voorwaarde echter dat alleen zij er gebruik van maakten.

Tijdens de zomermaanden graasden de runderen op de graslanden tussen de Grift en de Ijssel.

Tijdens de winter verbleven de runderen in de stad. Vandaar de vele pompen.

 

De Hanzestad Hattem.

Hattem werd in de Middeleeuwen een (bescheiden) Hanzestad, door zich aan te sluiten bij het Hanzeverbond, een groot aantal steden die met elkaar handelsafspraken hadden gemaakt.

 

Het Hanzeverbond bracht de aangesloten steden gedurende een groot aantal jaren flinke voorspoed.

De Hanze wist welke handelsroutes veilig waren en, nog veel belangrijker, waar en aan welke artikelen behoefte was.

 

In haar glorietijd kende het Hanzeverbond maar liefst 150 leden, vooral in Duitsland en Nederland maar ook in Scandinavië, Polen, Vlaanderen, tot in Spanje en Portugal toe.

 

Voorspoed en neergang van Hattem.

In de Tachtigjarige Oorlog (1568 - 1648) sloot Hattem zich al snel aan bij de opstandelingen van Willem van Oranje.

Twee, in de stad aanwezige kloosters, werden na de beeldenstorm gesloopt.

 

Het begin van de 17e eeuw, de Gouden Eeuw, was voor Hattem een bloeiperiode.

Daarna zette een periode van economische neergang in.

De landbouw verkeerde in een grote malaise.

In 1656 was er een pestepidemie waardoor ruim 1/3 van de bevolking overleed.

In 1672-73 werd het stadje bezet door Munster en Frankrijk.

 

De patriotten in Hattem.

In de achttiende eeuw werkten de stadsbestuurders in Nederland steeds meer aan hun eigen belang dan aan het belang van hun stad.

Zo ook in Hattem.

Drie van de acht magistraatsleden woonden bijvoorbeeld na 1760 meestal ergens anders.

De stadsbesturen werden na 1750 op de Veluwe benoemd door de Stadhouder, die er een rommeltje van maakte.

 

Tegen deze en nog vele andere ondemocratische wantoestanden kwamen de patriotten in verzet.

In 1786 was Hattem, net als Zwolle, een bolwerk van de patriotten, onder leiding van de Hattemer Herman Wilem Daendels.

 

Bijna zonder slag of stoot werd Hattem in 1786 door Stadhoudelijke troepen  bezet en de patriotten sloegen op de vlucht.

Enkele raddraaiers werden tot verbanning veroordeeld, inclusief Daendels, die later nog belangrijke functies zou bekleden, zoals Gouverneur Generaal van Oost-Indië.

 

Hattem in de 19e eeuw.

In de 19e eeuw werd Hattem "ontdekt" door een aantal kunstschilders.

Zo woonden en werkten hier kortere of langere tijd o.a: Jan Voerman, Scheurleer, Luite Klaver en Verkade.

Al met al hebben er bijna honderd schilders in Hattem gewerkt.

 

De negentiende eeuw bracht een flink aantal verbeteringen op verkeerstechnisch gebied, namelijk: in 1829 het kanaal van Hattem naar Apeldoorn, in 1830 de Zuiderzeestraatweg van Amersfoort naar Zwolle, in 1845 de grindweg van Hattem naar Apeldoorn (het Loo).

Daarna werden de stadspoorten ‘s nachts niet meer gesloten en de portiers werden ontslagen.